Bouwplan

Bijeenkomst	Doel	Doelgroep
Naam: Spoedeisende somatiek cardiaal Aantal deelnemers: 12	Op te leveren product(en): medisch-inhoudelijke kennis opdoen, oefenen en toepassen. Op te roepen gedrag: eerstelijns denken en handelen	Kenmerken doelgroep: aios ZKH-stage Te verwachten lastige situaties: geen; aios hebben geen casus meegenomen

Nr	Onderwerp	Tijd	Leerdoel	Werkvorm	Aandachtspunten	Nodig
1	Inleiding	5 min		Inventarisatie en instructie	Vlot door
2	(Sub)acute pijn op de borst, met name ernstige aandoeningen anders dan coronairlijden.	40 min	1	Toepassen kennis a.d.h.v. door aios meegebrachte casuïstiek	Als je te weinig input verwacht, neem eigen casuïstiek mee	Invulformulier Aspecifieke POB
3	Hartkloppingen	40 min	2	Plenaire ppt en/ of evt casuïstiek	Tijdsbewaking! T.a.v. AF: keuze maken tussen ppt of casus	Ppt en evt Casus Atrium-fibrilleren 10 cc spuitjes
4	(Sub)acute dyspnoe	40 min	3 en 4	Toepassen kennis a.d.h.v. door docent meegebrachte casuïstiek	Goede uitleg over de bedoelde werkvorm	4 flappen van flip-over en 4 stiften Casus Dyspnoe
5	Evaluatie	10 min	Evalueren van opgedane kennis	Evaluatie in laten vullen op ELO en evt plenair uitwisselen	Vertel dat er na het invullen extra info op de pagina zichtbaar wordt	Laptop, smartphone, tablet

Toelichting bouwplan

Totaal: 130 minuten (exclusief pauze) 

1. Inleiding en inventarisatie (5 minuten)

Doel is het inventariseren van de vragen en leerdoelen van de aios en het overbrengen van de doelen van de opleiding.

Plenair:

• Activeer de groep en inventariseer de beginsituatie;
• Bespreek het programma;
• Monitor of de leerdoelen van de aios aansluiten bij de leerdoelen van de opleiding.  

2. (Sub)acute pijn op de borst

Leerdoel 1: De aios kan bij een eerstelijns volwassen patiënt met aspecifieke (sub)acute pijn op de borst onderscheid maken tussen ernstige en niet-ernstige klachten en aandoeningen, met name ernstige aandoeningen anders dan coronairlijden.

a.       De aios weet in welke mate risicofactoren en diagnostische kenmerken een ernstige cardiale aandoening meer of minder waarschijnlijk maken.
b.       De aios kan een differentiaal diagnose met werkhypothese opstellen aan de hand van anamnese, lichamelijk onderzoek en aanvullende diagnostiek.

Gebruik de casus van de praktijkopdracht Aspecifieke pijn op de borst. Het is de bedoeling dat elke aios een geanonimiseerde casusbeschrijving meegenomen heeft, met bevindingen van aanvullend onderzoek en de DD op een apart blad. 

Activiteit (40 minuten):

• a)      Maak groepjes van 2 en laat de aios binnen het tweetal de meegenomen casusbeschrijving aan elkaar voorleggen. NB: de bevindingen uit het aanvullende onderzoek en de differentiaal diagnose worden nog niet prijs gegeven. (5 minuten).
• b)     Laat elke beoordelende aios een DD met waarschijnlijkheidsdiagnose opstellen o.b.v. alleen de casusbeschrijving van zijn/ haar mede-aios, zonder onderling overleg. Gebruik daarbij het Invulformulier Aspecifieke pijn op de borst. (10 minuten)
• c)      Laat daarna ook de bevindingen van eventueel aanvullend onderzoek uitwisselen en beoordelen, zonder onderling overleg. (5 minuten)
• Veranderen deze bevindingen de differentiaal diagnose, en zo ja, hoe?
• Welk beleid zou de beoordelende aios inzetten
• d)     Laat de aios binnen het tweetal de DD en het ingezette beleid vergelijken en nabespreken en laat hen elk tenminste 1 leerpunt formuleren (10 minuten).
• e)      Bespreek de leerpunten en eventueel resterende vragen plenair na (10 minuten).

3. Hartkloppingen

Leerdoel 2: De aios kan bij volwassenen een niet-levensbedreigende hartritmestoornis vaststellen en de behandelmogelijkheden in de huisartspraktijk benoemen, indiceren en toepassen

a. Zoals Valsalva-manoeuvre bij AVRT/ AVNRT
b. Ongecompliceerd atriumfibrilleren bij 65-plussers

Activiteit (40 minuten):

Presenteer interactief de powerpoint-presentatie Hartritmestoornissen. Ad onderdeel c) kies of je de casus plenair doorloopt of de aios individueel aan de slag zet.

a) Verwijzen: welke ritmestoornissen kan de huisarts zelf afhandelen en welke niet?

Presenteer de casus SVT
Neem enkele spuitjes mee en laat de aios de Valsalva-methode oefenen

b) Presenteer quiz. Bevorder de participatie door elke aios individueel te laten antwoorden d.m.v.

• vingers in de lucht: wie is eens? wie is oneens?
• laten staan bij juist/eens en blijven zitten bij onjuist/ oneens
• gekleurde kaartjes (groen voor juist/ eens en rood voor onjuist/ oneens; zelf meenemen)

c) Neem de casus door:

• Plenair, of
• Individueel (zie Casus Atriumfibrilleren (aios)) met plenaire nabespreking 

4. (Sub)acute dyspnoe

Leerdoel 3: De aios kan bij een eerstelijns volwassen patiënt met aspecifieke (sub)acute dyspnoe  onderscheid maken tussen ernstige en niet-ernstige klachten en aandoeningen.

a.       De aios kan benoemen in welke mate risicofactoren en diagnostische kenmerken een ernstige cardiale aandoening meer of minder waarschijnlijk maken.
b.       De aios stelt een differentiaal diagnose met werkhypothese op aan de hand van anamnese, lichamelijk onderzoek en aanvullende diagnostiek.

Leerdoel 4: De aios kan bij een volwassen patiënt met acuut hartfalen de (niet-) medicamenteuze beleidsopties in de huisartspraktijk benoemen, indiceren en toepassen. 

Activiteit (40 minuten):

a) Verdeel de groep in vieren. Geef elke groep een blanco papier (flap) van de flip-over en een andere kleur markeerstift. Geef uitleg over de opdracht.

Pm: geef een duidelijk signaal als het wisseltijd is, bijvoorbeeld met een bel (aan het einde van stap b, c, d en e).

b) Geef twee groepen Casuïstiek Acuut en ernstig benauwd Casus 1 en de twee andere groepen Casuïstiek Acuut en ernstig benauwd Casus 2. Laat de groep de drie vragen bespreken en de antwoorden noteren op de flap. (15 minuten)

c) Laat de flap met antwoorden van de ene groep met casus 1  beoordelen door de andere groep; idem voor de groepen met casus 2. De markeerstift wordt NIET doorgegeven!

Laat de groep de gegeven antwoorden kritisch beoordelen en eventueel aanvullen of verbeteren (5 minuten). 

d) Geef de groepen de casus die ze nog niet gehad hebben en herhaal stap b en c (15 minuten).

e) Sluit gezamenlijk af met een terugblik, zonder herhaling van alle onderdelen. Beantwoord eventuele resterende vragen en laat voornemens voor de komende periode bedenken (5 minuten).

5. Afronding/Evaluatie (10 minuten)

Bespreek of de leerdoelen zijn gehaald.
Beantwoord eventuele overgebleven vragen. Vragen die in de loop van de middag zijn opgekomen en waar nog geen antwoord op is, worden genoteerd en verdeeld onder de aios om op te zoeken.
Laat elke aios de leerpunten en take-home messages noteren.

Benodigdheden:

Print:

• Uitdeelmaterialen:
  • Invulformulier Aspecifieke pijn op de borst (12x)
  • Eventueel Casus Atriumfibrilleren (aios) (12x)
  • Casus Dyspnoe (aios) 1 en 2 (elk 12x op een apart vel)